The Signs of Times d. 18. november 1903

Terugkeer

Doeltreffend gebed

Doeltreffend gebed

Gebed is geen boetedoening voor zonde. Het is geen penitentie. Wij hoeven niet naar God te komen als veroordeelde misdadigers, want Christus heeft de prijs betaald voor onze overtredingen. Hij heeft verzoening gedaan voor ons. Zijn bloed reinigt ons van zonde.

Onze gebeden zijn als brieven die van de aarde worden opgezonden, gericht tot onze Vader in de hemel. De gebeden die opstijgen uit oprechte, nederige harten zullen Hem zeker bereiken. Hij kan de oprechtheid van zijn aangenomen kinderen onderscheiden. Hij heeft medelijden met onze zwakheid, en sterkt onze zwakte. Hij heeft gezegd: “Vraag, en u zult ontvangen.”

Veel mensen weten niet wat zij zouden moeten vragen. Maar de Here is vriendelijke en teder. Hij helpt hun zwakheden door hen woorden te geven om te spreken. Degene die met een geheiligd verlangen komt heeft toegang tot de Vader door Christus. Christus is onze Middelaar. De gebeden die in het gouden wierookvat van de verdiensten van de Heiland worden geplaatst, worden aanvaard door de Vader.

Iedere belofte in het Woord van God is voor ons. Leg in uw gebeden het beloofde woord van Jehova voor en maak door geloof aanspraak op Zijn beloften. Zijn woord is de verzekering dat u alle geestelijke zegeningen zult ontvangen als u in geloof vraagt. Blijf steeds vragen en u zult overvloedig ontvangen boven bidden en denken. Train uzelf om onbegrensd vertrouwen te hebben in God. werp al uw zorgen op Hem. Wacht geduldig op Hem en Hij zal het tot stand brengen.

Wij moeten tot God komen, niet met een geest van zelfrechtvaardiging, maar met nederigheid en met berouw over onze zonden. Hij is in staat ons te helpen en Hij is gewillig meer voor ons te doen dan wij vragen of bedenken. Hij heeft de overvloed van de hemel om in onze noden te voorzien. “Elke goede gave en elk volmaakt geschenk is van boven.” God is heilig en wij moeten bidden, “met opheffing van heilige handen, zonder toorn en meningsverschillen.”

Wij moeten bidden in de naam van Christus, onze Middelaar. Onze gebeden hebben alleen waarde als zij aangeboden worden in Zijn naam. Hij heeft de kloof overbrugd die de zonde heeft gemaakt. Door Zijn verzoenend offer heeft Hij degenen die in Hem geloven met Zichzelf en Zijn Vader verbonden. Zijn naam is de enige onder de hemel waardoor wij gered kunnen worden.

God is onze Koning, en wij zijn Zijn onderdanen. Louter kennis van Zijn wil zet de noodzaak van het opzenden van ernstige smeekbeden tot Hem voor hulp niet terzijde, noch het ijverig streven, door het gehoorzamen van Zijn wet, om met Hem samen te werken in het beantwoorden van de opgezonden gebeden. Op deze wijze wordt Zijn koninkrijk in onze harten gevestigd.

“Zoek de HEERE terwijl Hij te vinden is, roep Hem aan terwijl Hij nabij is. Laat de goddeloze zijn weg verlaten, de man van ongerechtigheid zijn gedachten. Laat hij zich bekeren tot de HEERE, dan zal Hij Zich over hem ontfermen, tot onze God, want Hij vergeeft veelvuldig.” Wij moeten “eerst het koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid” zoeken. Wij moeten gereed zijn om de zegen te ontvangen die God wil geven aan degenen die Hem met heel hun hart, in oprechtheid en waarheid, zoeken. Wij moeten ons hart open houden als wij de genade van Christus willen ontvangen.

In onze gebeden moeten wij geen preek houden tot de Here. Wij hoeven hem het verhaal van onze levens niet te vertellen. Wij kunnen Hem niets vertellen waarmee Hij niet bekend is. Hij kent onze diepste gedachten. Iedere verborgenheid ligt voor Hem open. Niets kan voor Hem worden verborgen.

Hoogdravende taal is ongepast in het gebed, of het gebed nu van de kansel wordt gedaan, in het gezin, of in stilte. Men moet vooral tijdens het openbare gebed eenvoudige taal gebruiken, opdat anderen kunnen begrijpen wat er wordt gezegd en zich kunnen verenigen in het gebed.

God hoort de gebeden die worden opgezonden in het gezin als zij uit toegewijde harten komen. Jezus zegt, “waar twee of drie in Mijn naam bijeengekomen zijn, daar ben Ik in hun midden.”

Verwaarloos het persoonlijke gebed niet. “Ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader, Die in het verborgene is; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden.”

Wij mogen niet zo overstelpt zijn met de gedachte aan onze zonden en gebreken dat we zullen ophouden met bidden. Sommigen beseffen hun grote zwakheid en zonde en worden ontmoedigd. Satan werpt een donkere schaduw tussen hen en de Here Jezus, hun verzoenend offer. Zij zeggen, het is zinloos voor mij om te bidden. Mijn gebeden zijn zo vermengd met slechte gedachten dat de Here ze niet zal verhoren. Deze influisteringen zijn van Satan. In Zijn menselijkheid ondervond en weerstond Jezus deze verzoeking, en Hij weet hoe Hij mensen die op deze manier verzocht worden kan ondersteunen. Ten behoeve van ons “heeft Hij met luid geroep en onder tranen gebeden en smeekbeden geofferd.”

Velen, die niet begrijpen dat hun twijfels van Satan komen, worden angstig en worden verslagen in de strijd.

Houd niet op met bidden omdat uw gedachten slecht zijn. Als wij in onze eigen wijsheid en kracht op de juiste manier kunnen bidden, dan kunnen we ook op de juiste manier leven en dan zouden we geen verzoenend offer nodig hebben. Maar onvolmaaktheid is het deel van heel de mensheid. Oefen en train uw geest zodat u de Here in eenvoud kunt vertellen wat u nodig hebt. Terwijl u dan uw gebeden opzendt tot God en vraagt om vergeving van zonde, zal een zuivere en heilige atmosfeer uw ziel omringen.

Wanneer u bidt om wereldse zegeningen, denk er dan aan dat de Here kan zien dat het niet voor uw bestwil is of voor Zijn heerlijkheid, om u te geven wat u verlangt. Maar Hij zal uw gebed verhoren en u geven wat werkelijk het beste is voor u.

Toen Paulus bad of de doorn in zijn vlees weggenomen mocht worden, beantwoordde de Here zijn gebed, niet door de doorn te verwijderen, maar door hem genade te geven om de beproeving te dragen. “Mijn genade,” zei Hij, “is voor u genoeg.” Paulus verheugde zich over dit antwoord op zijn gebed en zei: “Daarom zal ik veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen.” Wanneer de zieken bidden om herstel van gezondheid, beantwoordt de Here hun gebeden niet altijd op de manier die zij verlangen. Maar ook al worden zij niet onmiddellijk genezen, Hij zal hen datgene geven wat van veel grotere waarde is - genade om de ziekte te dragen.

“Als iemand van u in wijsheid tekortschiet, laat hij die dan vragen aan God, Die aan ieder overvloedig geeft en geen verwijten maakt, en ze zal hem gegeven worden. Maar laat hij er in geloof om vragen en daarbij niet twijfelen. Immers, wie twijfelt, lijkt op een golf van de zee, die door de wind voortgestuwd en op- en neerbewogen wordt.”

afsn nr:1
afsn nr:2
afsn nr:3
afsn nr:4
afsn nr:5
afsn nr:6
afsn nr:7
afsn nr:8
afsn nr:9
afsn nr:10
afsn nr:11
afsn nr:12
afsn nr:13
afsn nr:14
afsn nr:15
afsn nr:16
afsn nr:17
afsn nr:18